logo2019 300

De rechteroever van de rivier de Vero werd beschermd door sterke muren waarop later huizen werden gebouwd. Deze aanzienlijk hoge bebouwing vormde een solide barrière en de rivier, die werkte als een natuurlijke gracht, voltooide de bescherming van de stad.

Toegang tot de stad Barbastro via de linkeroever was alleen mogelijk door middel van de bruggen die leidden tot de stadspoorten.

Stroomopwaarts ligt de Puente del Portillo die in de twintigste eeuw in originele staat werd teruggebracht. De oorspronkelijke stenen brug met drie poorten moet rond 1600 gebouwd zijn en werd opgeblazen tijdens de laatste Spaanse burgeroorlog. Ook in de middeleeuwen lag er al een - waarschijnlijk houten - brug om toegang te krijgen tot de buitenwijk. Portillo, de naam van de brug die smalle of kleine brug betekent, doet al vermoeden dat het niet om de hoofdingang van de stad ging.

De Puente de San Francisco (Sint-Franciscusbrug) en de bijbehorende toegangspoort kreeg zijn naam door het Franciscaner klooster dat in de 13e eeuw in de buurt van de rivier gesticht werd. Hoe deze brug eruit heeft gezien is alleen te zien op oude foto’s. De brug werd in 1936 afgebroken om ‘belangrijke stedelijk-hygiënische, esthetische en zedelijke redenen’.

De rivier de Vero, met een lage waterstand in de zomer, staat bekend om zijn sporadische maar plotselinge en vernietigende overstromingen. Voordat de rivier werd gekanaliseerd verwoestte het water alles op zijn pad en de bewoners van huizen in de buurt moesten worden geëvacueerd. De bruggen, keer op keer verwoest, moesten door de eeuwen heen verschillende keren hersteld worden.

Een stuw functioneerde als barrière die het water van de Vero doorsluisde richting een afvoerkanaal. De voortdurende erosie van de rivier en de schade veroorzaakt door de overstromingen leidde tot constante reparaties aan de stuw, die rond 1969 door de kanalisatie van de rivier verdween. 

 

  • Puentes 2
  • Puentes 3
  • Puentes 4
  • Puentes 5
  • Puentes 6
  • Puentes 7
  • Puentes

 

Vanwege de vele rivieren en de bevolking verspreid over kleine dorpen, werd Somontano van oudsher doorkruist door vele wegen die de engtes als die van Olvena moesten overbruggen.

De grootsheid van de werken en hun duurzaamheid die generaties lang duurde, gaven de bruggen een magisch en bovennatuurlijk karakter. Om deze redenen en ook vanwege de technische gewaagdheid is het gebruikelijk dat legendes, net als hier, de duivel zelf als schepper neerzetten.

Het verhaal gaat dat een mooi meisje uit Olvena, moe van het telkens doorwaden van de rivier om bij het dorp te komen, haar ziel aan de duivel aanbood in ruil voor een brug, met als enige voorwaarde dat de duivel dit in één nacht moest doen. Satan ging akkoord en ze spraken af dat als hij de brug had gebouwd voordat de haan kraaide, dan zou het meisje haar ziel aan hem geven.

Ondanks dat de trucjes van de duivel ervoor zorgden dat de brug zou verrijzen in één nachtnet voor de dageraad plaatste het meisje een olielamp voor de haan, die, denkend dat het al dag was, kraaide. De duivel liet het werk onafgemaakt (er ontbrak slechts een steen), verloor de weddenschap en moest vluchten naar de hel zonder zijn plan te voltooien.

Net als de bruggen de la Sierra en del Diablo hebben middeleeuwse bruggen meestal maar een boog, maar van behoorlijke dagmaat en hoogte, wat ze een rank en fraai silhouet geeft.

De Puente del Diablo bestaat uit een grote, centrale, halve cirkelvormige boog, gestut door de rotsen aan beide kanten. Aan de zijkanten, elke kant een kleine boog, die als overloop dienst doen.

Verder stroomopwaarts komt u bij de Puente de la Sierra, u kunt de auto achterlaten in een kleine verwijding aan het eind van een lange tunnel en dan amper 100 meter lopen. 

 

  • Olvena. Puentes medievales 2
  • Olvena. Puentes medievales 3
  • Olvena. Puentes medievales 4
  • Olvena. Puentes medievales 5
  • Olvena. Puentes medievales

 

Het contact tussen de dorpen in de vallei van Rodellar verliep eeuwenlang over een uitgebreid netwerk van goede wegen die omheind waren door muren van droge steen, die het vee de weg naar de akkers versperden.

Om obstakels te overbruggen als een rivierloop werden bruggen gebouwd, (de las Cabras of de Pedruel) of simpelweg pasaderas, grote stenen die het mogelijk maakten om droog aan de overkant te komen.

Net als boomstammen die op de rivierbedding gelegd worden, is het plaatsen van stenen het oudste en simpelste systeem dat de mens sinds de prehistorie heeft gebruikt. Het wad van Pedruel kon dankzij deze oversteekplaatsen overbrugt worden.

 

  • Pedruel. Pasaderas 2
  • Pedruel. Pasaderas 3
  • Pedruel. Pasaderas 4
  • Pedruel. Pasaderas

 

In 1571 gaf het bestuur van Barbuñales de opdracht aan Simón de Carre en Rodrigo del Camino deze fontein te bouwen.

Zoals vele andere steenhouwers, kwamen deze twee oorspronkelijk uit Ajo in Santander en had het werk hen naar Somontano gebracht. Aangezien ze in een welvarende tijd leefden, hadden ze al vele bouwwerken (bruggen, kapellen, kerken en herenhuizen) op hun naam staan en hun werk werd in het hele rijk erkend.

Ze hadden in Cuenca gewerkt en in Zaragoza, ze hadden bruggen, kapellen en molens gebouwd en dankzij hun werk in Barbuñales kregen ze de opdracht om in Barbastro de (nu niet meer bestaande) Fuente del muro uit steen te houwen.

Hoewel de fontein sober en functioneel is, geeft het met zorg en aandacht bewerkte steen – als was het bestemd voor een kerk - het bouwwerk een nobel voorkomen.

Zoals bij bijna alle fonteinen in Somontano, wordt het water gekanaliseerd en komt het van veel verderop naar deze publieke plaats.

In de droge gebieden was de fontein de enige manier van watervoorziening. Hier vulde men de waterkruiken voor thuis, drenkte men de paarden en het vee, werden af en toe kleren gewassen en besproeide men de moestuinen in de buurt met overgebleven water. 

 

  • Barbuñales. Fuente de las Calzadas 2
  • Barbuñales. Fuente de las Calzadas 3
  • Barbuñales. Fuente de las Calzadas 4
  • Barbuñales. Fuente de las Calzadas