logo2019 300

Volgens de overlevering stond er in de 10e eeuw op deze 673 meter hoge plaats een kasteel. Al heel vroeger werd er de afbeelding van de Maagd Maria vereerd, die in een amandelboom aan dominee Balandrán verscheen.

Het hele kloostercomplex bestaat uit gebouwen in verschillende stijlen uit verschillende periodes. De oudste delen, eind 13e eeuw, zijn de kloostergang en de kerk.

De middeleeuwse kerk werd bovenop een prominente heuvel gebouwd met stenen uit de steengroeve van Pueyo. Het oudste deel van de kerk is het schip, verdeeld in vijf secties die worden gescheiden door dikke puntvormige bogen met een vierkant profiel. De toppen van de gewelven, de zogenaamde sluitstenen, zijn versierd met de strepen van de vlag van Aragón, het wapen van de stad Barbastro of de amandelboom waarop het beeld van de Maagd verscheen.

Een groot metalen hek scheidt het schip van het koor van de kerk. Dit van oorsprong rechte hek werd in de 17e eeuw door een vijf delen tellende, meerhoekige versie vervangen. De ruimte werd overspannen met een halfronde koepel, steunend op pendentieven. Op deze driehoekige overgangsstukken zijn de wapenschilden van bisschop Alonso de Requeséns te zien, de geldschieter van de verbouwing. Er zijn nog slechts resten te zien van de schilderingen waarmee Diego Gutiérrez de kerk in 1786 decoreerde.

In een klein bijgebouw van de kerk bevindt zich de gotische graftombe van Sint-Balandrán, een zeer lange man. De traditie wil dat de huwbare jonge vrouwen van Barbastro in staat moeten zijn om met uitgestrekte armen de gehele lengte van de tombe te bedekken voor ze een huwelijk ambiëren. 

 

  • El Pueyo 2
  • El Pueyo 3
  • El Pueyo 4
  • El Pueyo 5
  • El Pueyo 6
  • El Pueyo

 

Nasarre is sinds de jaren ’50 van de twintigste eeuw onbewoond, omgeven door braakliggend land. Er was hier een fraaie smederij en een prachtige put met een gewelfde kamer waar het water in bewaard werd, die bereikt werd door diverse trappen. De kerk van San Andrés uit de 11e eeuw (romaanse stijl uit Lombardijen) is iets afgezonderd van de bebouwing. In de 17e eeuw werden de toren en andere vertrekken tegen de kerk aan gebouwd, maar die zijn niet bewaard gebleven. 

 

  • Rodellar. San Martin de Nasarre

 

Het heiligdom van de Heilige Maagd Maria van Dulcis bevindt zich in de directe omgeving van Buera. Vanaf het dorp volgt u een twee kilometer lange weg die langs amandelvelden, graanvelden, wijngaarden en lage bergen loopt en u naar het heiligdom leidt. Het gebouw bevindt zich op een vlak gedeelte waar het wemelt van de heidebrem, rozemarijn en tijm. Tevens treft u in de omgeving talloze honingraten aan. Het verhaal gaat dat hier de Heilige Maagd Maria van Dulcis is verschenen boven een van de honingraten. Deze legendarische gebeurtenis verklaart waarom hier een heiligdom gebouwd is ter ere van de Heilige Maagd Maria.

De verschijning van de Heilige Maagd Maria lijkt terug te gaan tot de 12e eeuw. Rond deze tijd moet er al een kerk hebben bestaan waar de Heilige Maagd Maria van Dulcis werd vereerd, deze zou echter halverwege de 17e eeuw vervangen zijn door het huidige heiligdom.

De kerk bestaat uit één beuk en heeft twee zijkapellen met waaiervensters. De koorruimte is gevestigd aan het einde van de beuk, heeft een vierkant oppervlak en wordt bekroond met een pendentiefkoepel die voorzien is van lampen. Ten noorden hiervan bevindt zich de sacristie. De koorruimte is gevestigd aan de voet van de beuk. Wat het meest in het oog springt, is de weelderige decoratie aan de binnenkant die aangebracht is door de Spaanse Moren. In de kerk komen twee verschillende ornamentele stijlen samen. Enerzijds vindt men duidelijk Moorse versieringen in het gewelf van het schip, de zuidelijke kapel en in verschillende elementen van de decoratie van het priesterkoor. Anderzijds zijn er de meer barokke elementen, meer klassiek en westers. Deze vindt men in de noordelijke kapel en in andere delen van het priesterkoor.

De motieven die de binnenkant van de kerk versieren zijn vervaardigd uit gips. Wat opvalt is de decoratieve bouwstijl van de islamitische Moren. Hoewel de oorspronkelijk kunstenaars uit Spanje werden verdreven, bleef deze decoratieve stijl in Aragón behouden. In de 17e eeuw werd deze stijl zelfs verheven tot authentieke mode.

 

Visitas concertadas llamando al telf. 620 057 721

 

  • Buera. Santuario de Dulcis 2
  • Buera. Santuario de Dulcis 3
  • Buera. Santuario de Dulcis 4
  • Buera. Santuario de Dulcis 5
  • Buera. Santuario de Dulcis 6
  • Buera. Santuario de Dulcis

Het ontbreken van een wonderbaarlijke traditie die spreekt over de verschijning van een maagd in een wijngaard doet vermoeden dat de naam "Viña" afkomstig is van het woord "villa" (stad): deze kapel was het enige overblijfsel van een gemeenschap die snel zou veranderden in een verlaten gebied.

Tijdens de 16e en 17e eeuw werd de originele kapel gerenoveerd en werd er een woning voor de kluizenaars aan vast gebouwd. Het verhaal bestaat dat de kapel in 1702 op instorten stond, waardoor de bisschop van Huesca veertig dagen aflaat toekende aan iedereen die een bijdrage leverde aan de reconstructie van de kapel in de vorm van geld, materiaal of dagloon. Tegenwoordig staat hier de kerk en de aangebouwde boerenhofstede.

De 17e eeuw was een van de meest rampzalige eeuwen van de geschiedenis van Aragón: pest, droogte, oorlogen en plagen teisterden het gebied, wat een gevoel van onmacht bij de bewoners losmaakte. Dit gevoel uitte zich door een sterke toename van religieuze overgave. Deze religieuze overgave stond aan de oorsprong van de bedevaartsoorden die op veel verschillende plekken werden gesticht, zodat mensen hun wens konden uitspreken ten overstaan van de maagd om een einde te maken aan deze rampzalige gebeurtenissen. In deze periode werden er veel kerken gerenoveerd en werd we een pelgrimskaart gemaakt voor heel Somontano.

Minimaal een keer per jaar kwamen de inwoners van Adeahuesca, Alberuele de Laliena, Bierge en Radiquero bijeen bij de kapel van Virgen de Viña, zoals tijdens Pasen, Pinksteren, de dag van San Jorge op 23 april en de dag van San Marcos op 25 april.

Door de economische groei van de 18e eeuw gingen mensen niet alleen maar naar de bedevaartsoorden om te biechten. Deze plekken werden nu immers ook voor sociale en ludieke doeleinden gebruikt.

Gebeden maakten plaats voor feesten en vanaf dat moment werden er liederen en lofzangen voor de maagd gezongen.

Deze feestelijke benadering is ontstaan in de 20e eeuw en vrij recent werd er nog een feest georganiseerd bij de bedevaart van Viñá. Na de mis vond er een feestmaal plaats dat door de gemeente was georganiseerd en waarvoor belangrijke autoriteiten uit het dorp waren uitgenodigd, waaronder de priester, de politie en de dokter...Hierna maakte het feestmaal plaats voor een groep ingehuurde muzikanten:  de ouderen keken toe in de schaduw van de olijfbomen (elke familie had zijn eigen boom) hoe de jongeren aan het dansen waren, terwijl de wijn rijkelijk vloeide. Aan het einde van de dag keerde iedereen terug naar het dorp met een jeneverbestak.

Er wordt wel gezegd dat de bedevaartsplaats van Virgen de Viña vooral ziektes geneest en droogte voorkomt, maar er zijn ook enkele concrete voorbeelden van wonderbaarlijke gebeurtenissen bekend.

Op de dag van het feest, toen de broederschap bijeenkwam in de kapel, ontstond er bij dageraad een storm. Een bliksemflits sloeg in de muren, waarna er een grote steen op de rug van Pedro Naya terechtkwam, Martín Rodrigo de lucht werd in getild en de schoen van Isabel Xavierre brand vloog.

De drie leken dood neer te vallen op de grond, maar kort hierna stonden zij weer op en bleken zij geen enkele vorm van letsel op te hebben gelopen. Ook de kerk vloog in brand: de mantel van de maagd en de kleden van het belangrijkste altaar verbrandden, maar de beelden bleven intact.

In 1719 kwam de verlamde Miguel Salinas uit Raquero hier naartoe om te bidden tot de maagd. Nadat hij ingesmeerd was met wonderbaarlijke lampenolie raakte hij zijn verlamming kwijt.

In 1724 kwam er een gevangene naar de bedevaartsplaats die vanwege zijn ketens nauwelijks kon lopen.

Tijdens het bidden lieten zijn ketens los, deze liet hij achter in de kerk als geloftegeschenk.

 

  • Adahuesca. Ermita de Viña 2
  • Adahuesca. Ermita de Viña 3
  • Adahuesca. Ermita de Viña 4
  • Adahuesca. Ermita de Viña