De ijsputten van Somontano zijn een van de belangrijkste bezienswaardigheden van de provincie Huesca en geven het belang weer van de handel in sneeuw en ijs die hier plaatsvond vanaf de 16e tot aan de 18e eeuw. Er bestond een netwerk van putten dat zich uitstrekte van Otín in Guara tot aan Basbastro en de comarca Monegros: in het noorden, in het Guara-gebergte, bevonden zich de putten waar de sneeuw werd verzameld; in de lager gelegen gebieden werd de sneeuw onder andere gedistribueerd naar ijsfabrikanten.

Er zijn acht indrukwekkende putten van onbewerkt natuursteen bewaard gebleven. In de Sierra de Guara y Sevil vindt men de ijsputten van Otín, Campoluengo en Dineretes in de buurt van de steden Bierge, Alquézar en Adahuesca.

De ijsput van Buera bevindt zich op de weg naar het heiligdom van Dulcis en wordt ook wel de "Moorse put" genoemd omdat, zoals bij al dit soort bouwwerken waarvan de oorsprong vergeten is, de bouw wordt toegeschreven aan de Moren, die in het Spaanse collectieve geheugen ‘lang geleden’ vertegenwoordigen.

Het gaat om grote cirkelvormige stenen werken die bedekt zijn met een prachtige koepel en die grotendeels begraven liggen onder de grond.

Ze werden gebruikt om de sneeuw uit het nabijgelegen gebergte in te bewaren, die later gebruikt zou worden voor gastronomische en therapeutische doeleinden (het hielp tegen koorts, ging ontstekingen tegen en het werd gebruikt om bloedingen te stoppen en om brandwonden te verzorgen door het te vermengen met een paar druppels olie). Het gebruik en de welvarende handel in sneeuw strekte zich uit over Somontano de Barbastro en groeide halverwege de 16e eeuw in populariteit, hiermee was de moderne ijsindustrie geboren.